Guestblog: SOMS HEB JE ER WAT MEE

Ze zagen ons niet. We konden heel hard

‘Joehoe!’ en ‘Hallo!’

roepen, maar ze zagen ons niet. De toeristen, die over het schelpenpad tussen de IJsbaan en de Lutinelaan reden of liepen, deden natuurlijk wel hun best, maar ze toch zagen ons niet. Wij zaten in de boom. Tussen de bladeren.

Onze boom. Een echte klimboom. Met sterke betrouwbare takken. ‘Badgasten bespieden’ was een van onze favoriete bezigheden. De ene keer was ik met mijn oudere zus, van wie ik het spelletje leerde. De andere keer met mijn vriendin of mijn buurmeisje. Giechelend om de verbaasde gezichten met zoekende blik. Wat een vaak herhaald plezier voor ons als lagere schoolkinderen.

Hele gesprekken voerden we in die boom. Gedurfde kunsten werden vertoond. Ik keek op tegen mijn zus, die maar steeds hoger durfde te klimmen. We hingen ondersteboven, met losse handen, een tak in de knieholten geklemd.

Wachtend op de volgende slachtoffers.

Diezelfde boom bood bescherming, toen mijn vriendin en ik bang waren voor een man die ons volgde. Diezelfde boom probeerden we te bereiken wanneer we het duin af kwamen sleeën en tot over het schelpenpad gleden. Diezelfde boom, waar ik mijn kinderen en kleinkinderen in leerde klimmen, als stille getuige van het strammer worden van mijn lijf.

Een paar weken geleden liep ik met de hond aan het einde van het bospad dat uitkomt bij die boom. Er was licht. Verontrustend veel licht. De boom was geveld. Snel en vakkundig in stukken gezaagd. De delen van de takken netjes gestapeld. De boom die jarenlang jeugdherinneringen heeft bewaakt en als vanzelfsprekend de tand des tijds en vele stormen heeft doorstaan. Voorbeeldig.

Ik onderken het belang van natuurbeheer. Er zijn geen verwijten. Enkel besef. Besef van wederom een stukje ontworteling van mijn jeugd. Deze overdenking is een afscheid van de boom, die stond voor veel.

Met welke boom heb of had jij wat?

GH

Een regenboog aan de hemel

IMG_4291

Ik loop met een slaperig hoofd naar beneden naar Finn zijn kamer, trek de gordijnen open en zet het raam op een kier. Ik kijk op en zie een prachtige, hele heldere regenboog aan de hemel. Ik roep Qyra die ook nog boven is en samen kijken we naar dit kleurrijke natuurverschijnsel. Ik roep naar beneden dat Finn ook even uit het raam moet kijken en na een tijdje horen we een “WAUW”, hij heeft hem ook gespot.

Opeens staat mijn lief naast me en vraagt “je bedoelde toch niet die kip”? Ik schrik. Nee, ik bedoelde niet de kip.

Tok blijkt vannacht te pakken zijn genomen door een steenmarter.

Groot verdriet bij mijn gevoelige mannetje en de hele dag staat in het teken van Tok. Als hij uit school komt heeft hij een tekening ter herinnering aan zijn lievelingskip gemaakt. Bij de logopediste doen ze oefeningen geënt op kippen. Als we weer thuis komen moet natuurlijk de begrafenis van Tok georganiseerd worden.

Samen met een paar buurtkinderen hebben ze scheppen geregeld. Ook zijn er bloementjes geplukt. De ander heeft een mooi steentje voor op het kippengrafje. Er moet ook een stok op. We zoeken een mooi plekje in het park en mijn lief graaft het gat. We nemen afscheid. Dag Tok, dank je wel voor je lekkere eitjes!

Als we terug lopen zijn de kinderen het met elkaar eens; “we moeten dan wel af en toe hier naar toe om nieuwe bloemen neer te leggen”.

MR