Vandaag is het vaderdag, onwillekeurig ga ik terug in de tijd en denk ik aan mijn eigen vader. Vaderdag was niet echt zijn ding, een volledige maaltijd koken ook niet. De wekelijkse boodschappen bestonden meer uit kaas, bier en roze koeken voor ons. Toch kon hij enorm genieten van een lekkere maaltijd en liep hij altijd te kreunen tijdens het eten iets wat Finn van Opa geërfd heeft. Koken kon hij zeker wel en ik weet nog heel goed dat hij mij ging leren om een biefstukje te bakken.
“Eerst wachten tot de boter gloeiend heet is, Mirelle”
In mijn onschuld vroeg ik hem hoe je wist dat de boter heet genoeg was. Zulke dingen moet je nou nét aan hem vragen en mijn antwoord kreeg ik.
“Zo” en hij spuugde midden in de koekenpan “als het spuug verdampt is dan is de boter heet genoeg en kan de biefstuk in de pan”.
Deze tactiek ben ik natuurlijk niet gaan gebruiken maar ik vergeet nooit dat de boter heet moet zijn! Het volgende foefje gebruik ik nog wel steeds. Hij leerde me dat je moest tellen, tot zestig op één kant en tot zestig op de andere kant daarna draai je het gas op half en tel je voor elke kant nog eens een keertje tot dertig. Daarna laat je het biefstukje rusten.
Hij deed zijn naam eer aan en at zijn biefstuk raw. Wil je hem medium of well done dan kun je dit makkelijk testen door dit trucje.
Food is memories
Fijne vaderdag allemaal,
MR